Voorbereiding
In de weken voorafgaand aan de verwachte werpdatum kunt u al enige voorbereidingen treffen:
– Aanschaffen of bouwen van een werpkist met warmtelamp. Laat de teef alvast wennen aan de werpkist.
– Inlezen over de normale bevalling en wanneer hulp ingeschakeld moet worden.
Voortekenen van de bevalling
Er zijn verschillende tekens om op te letten:
- Aanwezigheid van melk bij druk op de tepels. Dit is erg onbetrouwbaar, omdat het al enkele dagen tot weken voor de bevalling aanwezig kan zijn en zelfs bij schijndracht.
- Het gedrag van de teef. Onrust, nestbouw, graven en krabben wijzen op een naderende geboorte. Sommige teven tonen dit al enkele dagen van tevoren. Veel teven hebben op de dag van de geboorte een verminderde eetlust en urineren en/of defaeceren frequent. Sommige teven braken kort voor of zelfs tijdens de uitdrijving. Tijdens de bevalling is de ademhaling versneld. Ook wil de teef vaak drinken. Zorg dus voor voldoende water bij de werpkist.
- Uitvloeiing uit de vulva. Het loskomen van de slijmprop die de baarmoedermond heeft afgesloten start 1-2 dagen voor de bevalling. Men ziet dan een heldere slijmige uitvloeiing. Als de uitvloeiing iets bloederig of lichtgroen wordt, zal de ontsluitingsfase zijn begonnen.
- Lichaamstemperatuur. Dit is het betrouwbaarste voorteken van een naderende bevalling. De normale temperatuur van de teef ligt tussen de 38-39°C . Als men vanaf de 56e dag driemaal daags de lichaamstemperatuur van de teef opmeet, dan wordt tussen 12 en 24 uur voorafgaand aan de geboorte van de eerste pup een daling van de lichaamstemperatuur waargenomen. Deze daling varieert van 0.5-1.5°C. Tijdens het verloop van de bevalling stijgt de temperatuur vaak weer.
- Daling van het progesterongehalte in het bloed. Aan het einde van de dracht zal het progesterongehalte dalen. Deze daling kunnen we in het bloed meten en geeft houvast bij de voorspelling van de geboorte.
De geboorte
Voor een voorspoedige bevalling is het belangrijk om te zorgen dat de teef in een rustige omgeving is en weinig stress ervaart. Een overbezorgde eigenaar en drukke omgeving met veel toeschouwers kunnen de bevalling vertragen en bemoeilijken.
De bevalling bestaat uit drie fases:
1. Ontsluitingsfase (6-12 uur)
In deze fase wordt het geboortekanaal van de teef voorbereid op de naderende bevalling. De baarmoeder begint samen te trekken en het geboortekanaal zal verwijden. Langzamerhand wordt de opening van de baarmoedermond steeds groter. De teef toont in deze fase gedragsveranderingen, zoals hijgen en graven in de werpkist, maar heeft nog geen zichtbare weeën. Let op: het is een fabeltje dat met de vingers gevoeld kan worden of er al voldoende ontsluiting is! De baarmoedermond van de teef ligt ver buiten handbereik.
2. Uitdrijvingsfase (3-12 uur)
De baarmoeder gaat zich nog meer samentrekken en de teef begint te persen. De pups worden zo richting de baarmoedermond en vagina gedreven. Zodra de eerste pup binnen het bekken ligt, gaat de teef nog harder persen. Dit kan zowel liggend, hurkend, als staand.
Op de eerste pup zal de teef vaak wat langer persen dan op latere pups, omdat de geboorteweg dan immers nog moet worden opgerekt. Zeker bij teven die voor het eerst een nestje krijgen, kan dit het geval zijn. Een teef kan op de eerste pup soms wel 1 uur persen. De volgende pups worden vaak wat sneller geboren. Tussen de geboorte van de pups zit gemiddeld 45 minuten, maar het kan ook eerder of later zijn. Er is niet direct reden tot bezorgdheid als het wat langer duurt (1-2 uur en soms nog langer), mits de teef niet perst. Het komt regelmatig voor dat een teef een rustpauze neemt of zelfs in slaap valt tussen de geboorte van twee pups door. Blijft ze langdurig persen (>30 minuten) zonder dat er een pup wordt geboren, dan kan er iets mis zijn.
De pups kunnen zowel in kop- als stuitligging geboren worden. De vliezen kunnen gebroken zijn, maar het komt ook voor dat de vliezen nog intact zijn en om de pup zitten. De teef trekt deze meestal vlot kapot en begint de pup schoon te likken. Ook bijt ze de navelstreng door. Let erop dat dit niet te dicht bij de buik van de pup gebeurt, omdat de buikwand nog erg zwak is. Als de teef dit zelf niet doet, verwijder dan de vliezen en verwijder slijm uit het bekje en neus van de pup. Het wel of niet afbinden van de navelstreng staat ter discussie.
Een teef die voor de eerste keer bevalt, kan soms wat angstig reageren op de geluiden en bewegingen van de pups. Ze kan zelfs proberen om de pup te verstoppen of te verwonden. Wees hierop bedacht en leg de eerste pup eventueel tijdelijk apart in een warme omgeving. Tijdens de bevalling wordt de teef een al meer ‘ervaren’ moeder en zal ze de pups meestal goed accepteren.
3. Afkomen van de nageboortes (placenta)
De nageboorte (placenta) wordt vaak direct na de geboorte van een pup uitgedreven, maar kan ook 5-15 minuten later. De teef wil de placenta’s vaak (snel) opeten, vermoedelijk om het nest schoon te houden. Laat haar niet meer dan enkele placenta’s eten, ze kan erg misselijk worden en last krijgen van braken of diarree. Aan het einde van de bevalling moeten er evenveel placenta’s als pups uitgekomen zijn. Als ze achterblijven, kan dit voor problemen zorgen.
Vragen?
Neem gerust contact met ons op, bel 077-3982169 of email: [email protected]
Drs. Suzanne van Dijck
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl